Katholieke ziekenzorg

Katholieke religieuzen verpleegden zieken vanuit roeping en hadden tot de jaren ‘60 een belangrijk aandeel in de ziekenverpleging.

Bekijk dit dossier

Verplegen in het ziekenhuis

Het ziekenhuis! Dé plek waar het beroep van verpleegkundige begon.

Bekijk dit dossier

Katholieke ziekenzorg

Gedurende meer dan honderd jaar waren katholieke kloosterzusters een belangrijke factor in de Nederlandse ziekenzorg. Deze zusters deden hun werk uit godsdienstige motieven, met enorme inzet en soms in felle concurrentie met protestanten en ‘neutralen’. Aan het begin van de 20e eeuw werkten meer dan 1000 kloosterzusters in de verpleging. Na 1950 nam hun aantal snel af. Tegenwoordig zijn er amper nog kloosterlingen werkzaam in de zorg.

vóór 1800

Verbod op kloosterzorg

Vanouds heeft de kerk zich altijd bekommerd om de zwakken in de samenleving: om zieken, armen, wezen en bejaarden. In de Middeleeuwen boden kloosterlingen zorg en opvang in gasthuizen. Na de reformatie van de 16e eeuw werd het katholieke geloof in Nederland verboden. Protestanten namen de kerkgebouwen over en kloosters moesten sluiten. Gasthuizen kwamen in handen van de protestantse diaconie of het stadsbestuur. Zij huurden knechten en meiden in om de opgenomen zieken en bejaarden te verzorgen. Het niveau van de zorg in gasthuizen was laag. Wie het zich kon veroorloven, liet zich liever thuis verplegen door familie of betaalde hulp.

<
>

Gastvrije zorg

In de Middeleeuwen stichtten kloosterlingen hospitalen of gasthuizen waar iedereen welkom was. Reizigers, armen, vondelingen en zieken konden er terecht voor onderdak, voedsel en zorg. Het bijwonen van de godsdienstoefening was onderdeel van deze sociale vorm van zorg.

<
>

Kroepketel van koper

Dit object noemt men een kroepketel omdat het vaak bij kroep werd gebruikt. Omdat het ook voor andere aandoeningen van de luchtwegen toepasbaar bleek, heet het ook wel eenvoudig stoomketel. Het werkt als volgt: boven een spiritusvlam verdampt kokend water. De waterdamp kan uit de ketel ontsnappen via een opgeschroefde, ...

... omgebogen dunne buis van ongeveer 40 cm lengte. De buis loopt niet horizontaal maar iets stijgend, zodat niet de tot condens neergeslagen waterdamp maar de stoom uit de buis naar de patiënt stuift. Aan het einde van de buis hangt een emmertje voor het opvangen van condensdruppels. Naast het gebruik in ziekenhuizen werden deze toestellen verhuurd door apotheken en kruisverenigingen voor gebruik thuis. Er kon uitsluitend water in verdampt worden, zonder medicinale toevoegingen. Dit in tegenstelling tot de inhalatie-apparaten, die buiten de waterketel een inrichting hadden voor het vernevelen van vaste stoffen. Bij de kroepketel zouden deze vaste stoffen in de waterketel achterblijven en de patiënt niet bereiken. De kroepketel is de Nederlandse literatuur binnengeslopen in het boek 'Kort Amerikaans' van Jan Wolkers: "Toen ik een halfjaar was kreeg ik bronchitis. Naast mijn wieg werd een kroepketel gezet met de tuit in de kap. Het wiegenkleed ging dicht. Onder de ketel brandde een spirituslicht. Als het water ging koken kwam de stoom de wieg in. Dan ging het slijm loszitten. Op een dag raakte de tuit verstopt en het kokende water met gesmolten lood spoot tegen mijn slaap. Mijn linkeroog heeft maanden dichtgezeten. Ze wisten niet of het blind was. Later bleek dat het maar een millimeter gescheeld had. Mijn ouders zeiden me dat de apotheek hun een kroepketel had gegeven waarvan de tuit gesoldeerd was. Maar er kan alleen gesmolten lood uitgekomen zijn als de ketel drooggekookt en gloeiendheet geworden was. Ze hebben me natuurlijk maar laten liggen zonder naar me om te kijken."

 


Periode
  • Van 1850 tot 1940





<
>

Schenklepel van 'engeltjestin'

Dit medicijnlepel heeft op de handgreep een engeltje als merkteken. Het engeltje komt vaak voor op tinnen gebruiksvoorwerpen. Zo vaak zelfs dat de benaming 'engeltjestin' is ontstaan. Het engeltje, vaak met de initialen van de tingieter, was oorspronkelijk een keurmerk onder gieters en stond garant voor een nauwkeurig ...

... vastgelegde legering van het gebruikte tin. Na afschaffing van de gilden verdween de controle en verloor het engeltje zijn betekenis als waarborg voor zuiverheid. Na 1850 werd het engeltje meer een verkoopargument dan een kwaliteitsmerk. Deze lepel, met het engeltjesteken in de handgreep, stamt uit een latere periode. Onder het engeltjesteken staat het gemeentewapen van Rotterdam afgebeeld. Het kan betekenen dat de lepel daar is vervaardigd, eventueel voor een opdrachtgever in die stad. De lepel zou zelfs als souvenir voor de stad Rotterdam bedoeld kunnen zijn.


Periode
  • Van 1900 tot 1980





<
>
1800- 1870

De eerste katholieke gasthuizen

In het begin van de 19e eeuw werd het katholieke geloof weer toegestaan. Snel daarna ontstond de behoefte om katholieke zieken en bejaarden in eigen instellingen te verzorgen. In 1819 opende het eerste katholieke gasthuis zijn deuren: het St. Elisabeth Gasthuis in Breda. Daarna volgen er meer, eerst vooral in het zuiden van het land. Na 1860 kwamen er ook katholieke gasthuizen in steden als Utrecht, Amsterdam, Rotterdam en Arnhem. Vaak lag het initiatief bij katholieke notabelen die in hun stad of dorp een eigen katholiek gasthuis wilden. Voor de verpleging en verzorging deden zij een beroep op het groeiend aantal katholieke kloosterlingen.

<
>

St. Elisabeth Gasthuis te Breda

Op 14 november 1826 begonnen 3 meisjes uit Leuven en 1 uit Breda aan de verzorging van de zieken in dit gasthuis te Breda. De jonge kloostergemeenschap breidde zich razendsnel uit en nam de zorg van zieken in omliggende gemeentes op zich. In Breda ligt dus de basis van de religieuze verpleging.  

<
>

Verplegen in het ziekenhuis

Waar verplegen we de patiënt. Thuis of in het ziekenhuis? Tegenwoordig worden patiënten - onder andere uit kostenoverwegingen - eerder naar huis gestuurd dan 25 jaar geleden. Verpleegkundigen krijgen daarom steeds meer alleen met ernstige zieken te maken. Hoe was dat in de 19e en de 20e eeuw? Hoe zagen ziekenhuizen er uit? Bestonden verpleegkundigen al en wat deden ze toen? Lees hier alles over de geschiedenis en de historie van het ziekenhuis.

1830 - 1880

Verplegen deed je thuis

Tot 1880 liet iedereen die het kon betalen zich thuis verplegen. Dit gebeurde door liefhebbende familie, buren of religieuze zusters. Gasthuizen gaven onderdak aan arme zieken, die geen thuis hadden. Pas in de tweede helft van de 19e eeuw ontstonden de voorlopers van de hedendaagse ziekenhuizen. Er was  nog weinig bekend over oorzaken van ziektes of over effectieve behandelingen. Het belang van handen wassen, de basis voor een goede hygiëne, was nog maar net ontdekt. De meeste medicijnen die artsen nu voorschrijven, bestonden nog niet en de röntgenfoto moest nog worden uitgevonden. Ongeschoolde zaalmeiden en zaalknechten werkten op de ziekenzalen. Verpleegkundigen waren er nog niet.

<
>

Geglazuurde terra-cotta po

<
>

Zaalmeiden en -knechten

Het gasthuis was geen fijne plek om te verblijven. Niet voor patiënten en niet voor verzorgenden. Zaalmeiden en -knechten kwamen vaak uit arme gezinnen, waren ongeschoold en moesten de kost verdienen. Sommigen namen het niet zo nauw met de regels. Er zijn verhalen bekend van meiden en knechten die zich tegoed deden aan eten dat voor patiënten was bestemd. De donkere gangen van de gasthuizen zouden regelmatig getuige zijn geweest van al dan niet gewenste intimiteiten. Gegoede dames als Anna Reynvaan brachten in de tweede helft van de 19e eeuw verandering in deze wantoestanden. Daarmee begon de professionalisering van de verpleging.

<
>

Inhalatie-apparaat

Deze inhalator of pulverisator bestaat uit een koperen ketel waarin water door een spiritusbrandertje verhit wordt tot stoom. Door een horizontaal buisje geleid, zorgt de stoom voor onderdruk boven een verticaal buisje waardoor een geneesmiddel wordt aangezogen. Stoom en geneesmiddel worden samen als mengsel door ...

... een glazen mondstuk geblazen waar het door de patiënt kan worden ingeademd. Als geneesmiddel werden kruiden gebruikt die een heilzame werking hadden bij aandoeningen van de luchtwegen.


Periode
  • Van 1850 tot 1940





<
>

Koperen kruik

<
>

Beantwoord deze vraag en ontdek welke themadossiers voor jou interessant zijn.

De voor jou geselecteerde dossiers verschijnen naast elkaar. Je kunt via het pijltje in de rode balk aan de zijkant van het dossier verder klikken.

Verberg Ontdek wat deze site jou te bieden heeft