Van verbandmeester tot verpleegkundige

Fabriekszuster, verbandmeester, arboverpleegkundige. Dit beroep kent door de tijd heen veel namen. Ook de betekenis van de arboverpleegkunde stond vaak ter discussie, zelfs tot op het punt dat men afvroeg of arboverpleegkundigen eigenlijk wel verpleegkundigen zijn… Lees en kijk mee hoe de Arbo verpleegkunde zich vanaf de 19e eeuw heeft ontwikkeld. Dit dossier bevat een greep uit het verleden van de arboverpleegkunde, door de ogen van verpleegkundigen zelf!

Een greep uit TvZ

Veel informatie uit dit dossier komt uit het Tijdschrift voor Ziekenverpleging (de TvZ). Dit is het meest toonaangevende vakblad in de verpleegkundige geschiedenis en het oudste vakblad: het bestaat al sinds 1890. Dit dossier is dan ook geen allesomvattend overzicht, maar laat zien hoe verpleegkundigen in TvZ door de jaren heen schreven over hun eigen vak.

<
>

De pop van Zuster Stieltjes

<
>

19e eeuw: hard werken, weinig regels

In de tweede helft van de 19e eeuw kwam er steeds meer aandacht voor veiligheid en gezondheid op de werkvloer, maar de arboverpleegkundige bestond in deze tijd nog niet. Vanuit de regering werden in de loop van de decennia commissies aangesteld, die gingen onderzoeken hoe het met de arbeider gesteld was. Veel mensen werkten toen in fabrieken en hadden lange, zware diensten.

 

Het Kinderwetje van Van Houten uit 1874 zorgde ervoor dat kinderen onder de 12 jaar niet langer mochten werken. Het bleek echter al vrij snel dat de lokale autoriteiten, die verantwoordelijk waren voor de naleving ervan, nauwelijks controleerden. In de eerste Arbeidswet van 1889 werd dit beleid aangescherpt. Deze nieuwe wet zorgde ook voor een arbeidsverkorting van 11 uur voor vrouwen en jeugdige werkers (van 12 tot 16 jaar). In de jaren erna volgden meer wetten die de veiligheid op de werkvloer vergrootte.

<
>

Last van de hitte? Vermijd koffie, drink bier!

Er bestonden nog weinig preventieve maatregelen voor ziekten. In een boek uit 1896 staan wat betreft de preventie van bedrijfsziekten op zijn zachts gezegd merkwaardige adviezen. Zo luidde bij blootstelling aan te veel hitte op de werkvloer, het advies: ‘Het genot van koffie of zelfs van brandewijn te vermijden, daar deze dranken de nadelen der hitte-inwerking nog slechts helpen vermeerderen. Daarentegen kan in de rustpauzen het drinken van licht bier worden aanbevolen’. Longontsteking en tuberculose kwamen veel voor onder werknemers die veel met stof in aanraking kwamen. Het advies luidde: 

T‘Arbeiders in de vrije lucht gaan gedurende het werk het beste zo staan, dat de wind het stof aan hen voorbij drijft. Krachtig ontwikkelde, over de bovenlip neerhangende snorrebaarden zijn de natuurlijkste en beste stofvangers.’ekst ....

<
>

De Pop van Zuster Stieltjes

Wijkverpleegsters kregen wel veel te maken met de arbeiders uit de fabrieken en kwamen met eigen initiatieven voor op de werkvloer. Zo was er Antje Stieltjes, een wijkverpleegster die eind 19e eeuw werkte in de omgeving van Deventer. Zij kreeg regelmatig fabrieksarbeiders in haar praktijk die last hadden van eczeem. De behandeling bestond gewoonlijk uit van vette zalven en dikke verbanden, soms over het hele lichaam. Het maakte de arbeider immobiel, hij kon niet verder werken. Stieltjes bedacht daarom het werkmansverband. 

Dun verband dat niet meer dagelijks verschoond hoefde te worden, waardoor de werknemer gewoon meteen terug aan het werk kon. De arbeider was hier natuurlijk erg blij mee, maar je kunt je natuurlijk afvragen wie er het meeste baat bij had: De arbeider die zonder al te veel ongemakken terug aan het werk kon, of de fabriekseigenaar die geen arbeidskracht hoefde te verliezen, of zelfs de werkomstandigheden niet hoefde te verbeteren? Dit is voor de arboverpleegkundige van vandaag nog steeds een dilemma, voor wie doe je het; de werkgever of werknemer?

<
>

Home

Welkom op de website van het FNI. Hier vind je allerlei themadossiers over de geschiedenis van de verpleging en verzorging. Ontdek hoe het vak zich door de jaren heen ontwikkeld heeft. Maak kennis met belangrijke vrouwen uit het vak. En deel deze informatie met anderen.

De wijkverpleegkundige: Van alle markten thuis!

Deze tentoonstelling laat de diversiteit van het beroep zien en benadrukt de zichtbaarheid van verpleegkundigen.

Bekijk dit dossier

Van verbandmeester tot verpleegkundige

Fabriekszuster, verbandmeester, arboverpleegkundige. Dit beroep kent door de tijd heen veel namen...

Bekijk dit dossier

Kitty Verbeek (1919–2007)

Bekijk dit dossier

Aan het front van de samenleving

Lees in deze tentoonstelling over het cruciale werk van verpleegkundigen en verzorgenden ... aan het front van de samenleving!

Bekijk dit dossier

Kraamzorg thuis

In Nederland was thuis bevallen de normaalste zaak van de wereld, ook nadat in andere westerse landen de medicalisering van de geboorte toenam. Nederlandse vrouwen kregen hun baby lange tijd liever thuis dan in het ziekenhuis. De kraamzorg heeft dus een lange historie.Toch daalt het aantal thuisbevallingen aanzienlijk. Hoe gaat dat verder en wat betekent die afname voor het beroep van kraamverzorgende? In dit dossier vind je de geschiedenis van de kraamzorg vroeger en nu.

Hall of Fame

Wie zijn ze, die vrouwen en mannen uit de geschiedenis die het beroep van verpleegkundige en verzorgende groot gemaakt hebben? Natuurlijk kent iedereen Florence Nightingale wel, maar al die andere ambassadeurs en voorbeelden verdienen ook onze aandacht. Hier zijn ze!

Verplegen in de wijk

Wijkverpleging staat volop in de schijnwerpers. Vergrijzing en bezuiniging maken dat de thuiszorg op een andere manier georganiseerd moet worden. Huishoudelijke hulp komt bij gemeenten te liggen, terwijl verpleging en verzorging een taak van de wijkverpleging blijven. De roep om de ‘ouderwetse wijkverpleegster’ weerklinkt. De vraag is dan natuurlijk wat voor iemand dat was. Lees hier alles over de geschiedenis en historie van de wijkverpleging.

Verplegen in het ziekenhuis

Waar verplegen we de patiënt. Thuis of in het ziekenhuis? Tegenwoordig worden patiënten - onder andere uit kostenoverwegingen - eerder naar huis gestuurd dan 25 jaar geleden. Verpleegkundigen krijgen daarom steeds meer alleen met ernstige zieken te maken. Hoe was dat in de 19e en de 20e eeuw? Hoe zagen ziekenhuizen er uit? Bestonden verpleegkundigen al en wat deden ze toen? Lees hier alles over de geschiedenis en de historie van het ziekenhuis.

De GGZ

Mensen met psychische stoornissen blijven tegenwoordig zo lang mogelijk thuis wonen. Ze worden ambulant behandeld of zelfs via internet. Patiënten heten cliënten. Oppassers en bewaarders hebben plaatsgemaakt voor verpleegkundigen of verpleegkundig specialisten in de GGZ. Lees hier meer over de geschiedenis en de historie van de GGZ.

Verplegen in de Z

Eeuwenlang zijn termen voor verstandelijk gehandicapten en psychiatrische patiënten door elkaar gebruikt. De haast eindeloze opsomming varieert van zwakzinnigen tot idioten, debielen, imbecielen, achterlijken, onvolwaardigen, onmaatschappelijken, onnozelen, waanzinnigen, gekken en dwazen. Bij verstandelijk gehandicapten of zwakzinnigen is er altijd sprake van gebrekkige verstandelijke vermogens. Het is een groep die niet of moeilijk voor zichzelf kan zorgen. De kwetsbaarheid is gebleven, maar tegenwoordig spreken we over ‘mensen met mogelijkheden’. Hoe komt dat zo? Lees hier alles over de geschiedenis en historie van de zorg voor verstandelijk gehandicapten.

Gezinszorg

De professional die organisatorische taken in een gezin overneemt, heet sinds 1997 verzorgende of helpende. Ook namen als thuisbegeleidster, ouderenhelpster of gezinshulp komen voor. Ze zijn afgeleid van de beroepsbeoefenaren die vanaf begin 20e eeuw in de gezinsverzorging werkzaam waren. Zij waren de praktische vervangsters van moeders, die hun taken in het gezin niet konden vervullen. Er werden hoge eisen aan hen gesteld. Hoe is het beroep van huisverzorgster - zoals de gezinsverzorgende vroeger heette - veranderd? Lees hier alles over de geschiedenis en de historie van de gezinszorg.

1895 - 1945

Particulier initiatief

In de 19e eeuw was de zorg voor het gezin de taak van de moeder. Als zij ziek was, had dat vaak dramatische gevolgen. Het grootste risico liepen arme huishoudens waar de vader en moeder allebei moesten werken. Het inkomen viel weg en het huishouden ontspoorde. Om ontwrichting van die gezinnen te voorkomen, riepen vermogende particulieren vanaf 1895 verenigingen in het leven. De eerste was ‘Hulp in het Huisgezin’ in Deventer en daarna volgden initiatieven in andere steden in hoog tempo. Ook de verzuilde kruisverenigingen, die vanaf het eind van de 19e eeuw het licht zagen, richtten zich op verbetering van verzorging van het gezin.

<
>

Canon van de gezinszorg

Een overzicht van de lange geschiedenis van de gezinsverzorging.

Bekijk dit dossier

’Hulp in de Huishouding’

Deze helpster van de Katholieke Vereniging ‘Hulp in de Huishouding’ vervangt de moeder in het gezin. Ze schenkt koffie voor vader en verstelt tussen de bedrijven door het linnengoed met de Singer naaimachine. Het kindje kijkt onwennig naar deze rijzige dame in wit uniform.


Periode
  • Van 1939 tot 1940





<
>

Handnaaimachine

De komst van de naaimachine verlichtte het werk van gezinsverzorgsters enorm. Het stoppen van sokken en kousen bleef een hele klus, maar dankzij de handnaaimachines, waarvan het merk Singer buitengewoon populair was, konden intensieve naaiklussen en verstelwerk sneller uitgevoerd worden. Tijdens de opleiding kwam ...

... het werk met hand- of trapnaaimachine ook aan bod. Men moest stukjes in lakens, overalls of blousjes kunnen zetten, en geblokte of gebloemde stoffen op een goede manier kunnen verstellen.


Periode
  • Van 1880 tot 1940





<
>

Beantwoord deze vraag en ontdek welke themadossiers voor jou interessant zijn.

De voor jou geselecteerde dossiers verschijnen naast elkaar. Je kunt via het pijltje in de rode balk aan de zijkant van het dossier verder klikken.

Verberg Ontdek wat deze site jou te bieden heeft