19e eeuw: hard werken, weinig regels

In de tweede helft van de 19e eeuw kwam er steeds meer aandacht voor veiligheid en gezondheid op de werkvloer, maar de arboverpleegkundige bestond in deze tijd nog niet. Vanuit de regering werden in de loop van de decennia commissies aangesteld, die gingen onderzoeken hoe het met de arbeider gesteld was. Veel mensen werkten toen in fabrieken en hadden lange, zware diensten.

 

Het Kinderwetje van Van Houten uit 1874 zorgde ervoor dat kinderen onder de 12 jaar niet langer mochten werken. Het bleek echter al vrij snel dat de lokale autoriteiten, die verantwoordelijk waren voor de naleving ervan, nauwelijks controleerden. In de eerste Arbeidswet van 1889 werd dit beleid aangescherpt. Deze nieuwe wet zorgde ook voor een arbeidsverkorting van 11 uur voor vrouwen en jeugdige werkers (van 12 tot 16 jaar). In de jaren erna volgden meer wetten die de veiligheid op de werkvloer vergrootte.