Verpleegsters-romans

Met de groeiende behoefte aan opgeleide verpleegsters begint vanaf 1920 ook de promotie van het beroep. Voor oudere meisjes lag er een toekomst in het verschiet als verpleegster. Een van de manieren om het beroep onder de aandacht te brengen was de verpleegstersroman. De kleurige boekjes met romantische en vaak ook realistische inhoud gingen als zoete broodjes over de toonbank. Meisjes lazen deze boekjes met rode oortjes en waarschijnlijk kozen een aantal van hen op basis daarvan voor het beroep.

Leerling-verpleegsters in meisjesboeken

Tussen 1921 en 1986 verschenen er meisjesboeken met leerling-verpleegsters in de hoofdrol. Auteurs schetsen in die boeken een realistisch beeld van de opleidingstijd van hun hoofdpersonen in het ziekenhuis. Daarmee geven ze een (bescheiden) inkijkje in de geschiedenis van de verpleging.

<
>

Over meisjesboeken

Lange tijd was het ongebruikelijk dat meisjes doorleerden of gingen werken. Pas aan het einde van de 19e eeuw eisen vrouwen dat ze dezelfde rechten krijgen als mannen. Auteurs van meisjesboeken beginnen, onder invloed van deze eerste feministische golf, over meisjes te schrijven die gaan studeren of werken. Vooral in de jaren '30 (de crisisjaren) verschijnen er nogal wat meisjesboeken waarin de hoofdpersonen moeten aanpakken en geld moeten verdienen. Ze werken o.a. op kantoor, in het onderwijs, in de journalistiek, als kinderverzorgster, als arts en als verpleegster. De hoofdpersoon stopt meestal met werken als ze trouwt.

De in dit dossier opgenomen meisjesboeken over leerling-verpleegsters worden ook wel beroepsboeken genoemd. Dat betekent dat de auteur niet alleen een spannend en/of romantisch verhaal schrijft, maar eveneens laat zien wat het verpleegstersvak precies inhoudt. Allerlei onderwerpen passeren de revue. Denk daarbij aan wonen in het zusterhuis, de eerste dagen op de verpleegafdeling, de blunders die de meisjes begaan, het overlijden van patiënten, de confrontatie met strenge hoofdzusters en autoritaire artsen, de omgang met patiënten en de eisen waaraan leerling-verpleegsters moeten voldoen. Een aantal van deze boeken is geschreven door verpleegsters.

 

<
>

Gastblogger Ellen Boonstra over verpleegstersromans

Verpleegkundige (n.p.) Ellen Boonstra verzamelt al jarenlang verpleegstersromans en doet onderzoek naar de rol van de leerling in deze populaire meisjesboeken. Onlangs besloot ze de resultaten te publiceren in de glossy ‘Nu ben ik verpleegster’. Haar ervaring beschrijft ze in deze blog.

Strenge hoofdzusters

Meisjesboeken! Ik las, nee ik verslond ze in mijn tienerjaren. Het liefst las ik meisjesboeken over de verpleging, want dat ik verpleegster wilde worden, wist ik al lang. Blijkbaar gaf de inhoud van die boeken me een realistische kijk op de werkelijkheid van het verpleegstersvak, want ik vond het helemaal niet raar toen op de eerste werkdag een potige hoofdzuster me de zusterpost uitbonjourde. Ik mocht de overdracht van de nachtdienst niet meemaken. Daar stond ik dan te wachten op de gang totdat diezelfde hoofdzuster me de afdelingskeuken injoeg en aan de afwas zette. Strenge hoofdzusters en huishoudelijk werk. In meisjesboeken had ik daar al veel over gelezen.

De verzameling

Mijn meisjesboeken, met titels als zuster Anneke, zuster Gon en zuster Juuls troostprijs, verhuisden van het tomadorekje thuis naar de twee muisgrijze houten boekenplanken aan de muur van mijn kamer in het zusterhuis. De afgelopen 25 jaar struinde ik boekenmarkten en later het internet af om mijn verzameling aan te vullen. Die verzamelwoede moest ooit leiden tot een artikel over de inhoud van die boeken, maar er gebeurde altijd wel iets wat me afhield om aan de slag te gaan.

Het Eureka-moment

Toen ik een jaar geleden de wervingsfolder terugvond die ik in 1972 kreeg bij mijn sollicitatie naar een opleidingsplaats in het Vlaardingse Holy Ziekenhuis, wist ik opeens hoe ik het aan moest pakken. Hé, dacht ik, toen ik deze folder met de titel Het Dagboek van Lea, de leerling-verpleegster doorlas. Lea roert onderwerpen aan die ook in de meisjesboeken voorkomen. Dat bleek het Eureka-moment. Ik maakte een stuk of twaalf tabellen aan, voor elk onderwerp één, (denk daarbij aan de eerste nachtdienst, de confrontatie met de dood van patiënten etc.) en herlas de negentien boeken, maar nu met een potlood in de hand. Kwam ik één van de onderwerpen tegen, dan zette ik een potloodstreepje naast de tekst en die typte ik dan weer over in de juiste tabel. Zo was het opeens heel gemakkelijk om de teksten uit de meisjesboeken over een bepaald onderwerp met elkaar te vergelijken.

Concentratie en discipline

Eindelijk kon ik geconcentreerd en gedisciplineerd aan de slag. Want zonder dat lukt het me niet om iets zinnigs te schrijven. Wat een geluk dat die eigenschappen er in mijn leerlingentijd zijn ‘ingeramd’. Na een vergeefse poging om mijn artikel te slijten aan een uitgever, besloot ik het in eigen beheer uit te geven. Onze zoon installeerde InDesign op de computer en downloadde een online cursus. Al snel had ik de smaak van het opmaken te pakken. Toen moest alleen de omslag nog. Onze dochter, net succesvol afgeslankt bij de Weight Watchers, zat het keizerslinnen als gegoten. Zuster Iet stak uit de schortzak en de gele muur in onze slaapkamer deed de rest. Klik, daar was de omslag. Klaar, eindelijk af. Mijn man werd mijn enige crowdfunder en het resultaat mailde ik naar de drukker. Een paar dagen later leverde de aardige bezorger van PostNL de doos af met zeventig exemplaren. Blij en tevreden ben ik over het resultaat.“Nu ben ik verpleegster” is met liefde gemaakt en brengt een ode aan al die meisjes en jongens die voor de verpleging kozen en kiezen. En wat een eer dat Nannie Wiegman de uitgave omarmt en opneemt in de bibliotheek van het FNI.

‘Nu ben ik verpleegster’ telt 67 pagina’s, rijk voorzien van beeldmateriaal, literatuur en bronnen. De glossy kost €10,00 (met verzendkosten € 13,90). Als je belangstelling hebt, kun je me een mail sturen (ellen@warande30k.nl).

<
>
<
>

Het dagboek van Lea, de leerling-verpleegster

In de jaren '60 en '70 van de 20e eeuw verzonnen directieleden van ziekenhuizen van alles om leerling-verpleegsters te werven. Er was nl. een groot tekort aan verpleegkundigen. Het Holy-Ziekenhuis in Vlaardingen (nu Franciscus Gasthuis & Vlietland) liet een folder maken met een omslag die erg veel lijkt op omslagen van meisjesboeken uit die tijd. Een ludieke manier om meisjes voor te lichten over het verpleegstersberoep. Lea schrijft in haar dagboek dat het ziekenhuis op zoek is naar meisjes (verplegers/broeders waren er in Vlaardingen toen nog bijna niet) met een nuchtere kijk op het leven en met een flinke dosis doorzettingsvermogen. Verder vertelt ze in haar dagboek hoe leuk het is om in het zusterhuis te wonen en over wat ze leert in de theorie en in de praktijk. Onderwerpen die ook in meisjesboeken voorkomen.

<
>

Home

Welkom op de website van het FNI. Hier vind je allerlei themadossiers over de geschiedenis van de verpleging en verzorging. Ontdek hoe het vak zich door de jaren heen ontwikkeld heeft. Maak kennis met belangrijke vrouwen uit het vak. En deel deze informatie met anderen.

De wijkverpleegkundige: Van alle markten thuis!

Deze tentoonstelling laat de diversiteit van het beroep zien en benadrukt de zichtbaarheid van verpleegkundigen.

Bekijk dit dossier

Van verbandmeester tot verpleegkundige

Fabriekszuster, verbandmeester, arboverpleegkundige. Dit beroep kent door de tijd heen veel namen...

Bekijk dit dossier

Kitty Verbeek (1919–2007)

Bekijk dit dossier

Aan het front van de samenleving

Lees in deze tentoonstelling over het cruciale werk van verpleegkundigen en verzorgenden ... aan het front van de samenleving!

Bekijk dit dossier

Kraamzorg thuis

In Nederland was thuis bevallen de normaalste zaak van de wereld, ook nadat in andere westerse landen de medicalisering van de geboorte toenam. Nederlandse vrouwen kregen hun baby lange tijd liever thuis dan in het ziekenhuis. De kraamzorg heeft dus een lange historie.Toch daalt het aantal thuisbevallingen aanzienlijk. Hoe gaat dat verder en wat betekent die afname voor het beroep van kraamverzorgende? In dit dossier vind je de geschiedenis van de kraamzorg vroeger en nu.

Hall of Fame

Wie zijn ze, die vrouwen en mannen uit de geschiedenis die het beroep van verpleegkundige en verzorgende groot gemaakt hebben? Natuurlijk kent iedereen Florence Nightingale wel, maar al die andere ambassadeurs en voorbeelden verdienen ook onze aandacht. Hier zijn ze!

Verplegen in de wijk

Wijkverpleging staat volop in de schijnwerpers. Vergrijzing en bezuiniging maken dat de thuiszorg op een andere manier georganiseerd moet worden. Huishoudelijke hulp komt bij gemeenten te liggen, terwijl verpleging en verzorging een taak van de wijkverpleging blijven. De roep om de ‘ouderwetse wijkverpleegster’ weerklinkt. De vraag is dan natuurlijk wat voor iemand dat was. Lees hier alles over de geschiedenis en historie van de wijkverpleging.

Verplegen in het ziekenhuis

Waar verplegen we de patiënt. Thuis of in het ziekenhuis? Tegenwoordig worden patiënten - onder andere uit kostenoverwegingen - eerder naar huis gestuurd dan 25 jaar geleden. Verpleegkundigen krijgen daarom steeds meer alleen met ernstige zieken te maken. Hoe was dat in de 19e en de 20e eeuw? Hoe zagen ziekenhuizen er uit? Bestonden verpleegkundigen al en wat deden ze toen? Lees hier alles over de geschiedenis en de historie van het ziekenhuis.

De GGZ

Mensen met psychische stoornissen blijven tegenwoordig zo lang mogelijk thuis wonen. Ze worden ambulant behandeld of zelfs via internet. Patiënten heten cliënten. Oppassers en bewaarders hebben plaatsgemaakt voor verpleegkundigen of verpleegkundig specialisten in de GGZ. Lees hier meer over de geschiedenis en de historie van de GGZ.

Verplegen in de Z

Eeuwenlang zijn termen voor verstandelijk gehandicapten en psychiatrische patiënten door elkaar gebruikt. De haast eindeloze opsomming varieert van zwakzinnigen tot idioten, debielen, imbecielen, achterlijken, onvolwaardigen, onmaatschappelijken, onnozelen, waanzinnigen, gekken en dwazen. Bij verstandelijk gehandicapten of zwakzinnigen is er altijd sprake van gebrekkige verstandelijke vermogens. Het is een groep die niet of moeilijk voor zichzelf kan zorgen. De kwetsbaarheid is gebleven, maar tegenwoordig spreken we over ‘mensen met mogelijkheden’. Hoe komt dat zo? Lees hier alles over de geschiedenis en historie van de zorg voor verstandelijk gehandicapten.

Gezinszorg

De professional die organisatorische taken in een gezin overneemt, heet sinds 1997 verzorgende of helpende. Ook namen als thuisbegeleidster, ouderenhelpster of gezinshulp komen voor. Ze zijn afgeleid van de beroepsbeoefenaren die vanaf begin 20e eeuw in de gezinsverzorging werkzaam waren. Zij waren de praktische vervangsters van moeders, die hun taken in het gezin niet konden vervullen. Er werden hoge eisen aan hen gesteld. Hoe is het beroep van huisverzorgster - zoals de gezinsverzorgende vroeger heette - veranderd? Lees hier alles over de geschiedenis en de historie van de gezinszorg.

1895 - 1945

Particulier initiatief

In de 19e eeuw was de zorg voor het gezin de taak van de moeder. Als zij ziek was, had dat vaak dramatische gevolgen. Het grootste risico liepen arme huishoudens waar de vader en moeder allebei moesten werken. Het inkomen viel weg en het huishouden ontspoorde. Om ontwrichting van die gezinnen te voorkomen, riepen vermogende particulieren vanaf 1895 verenigingen in het leven. De eerste was ‘Hulp in het Huisgezin’ in Deventer en daarna volgden initiatieven in andere steden in hoog tempo. Ook de verzuilde kruisverenigingen, die vanaf het eind van de 19e eeuw het licht zagen, richtten zich op verbetering van verzorging van het gezin.

<
>

Canon van de gezinszorg

Een overzicht van de lange geschiedenis van de gezinsverzorging.

Bekijk dit dossier

’Hulp in de Huishouding’

Deze helpster van de Katholieke Vereniging ‘Hulp in de Huishouding’ vervangt de moeder in het gezin. Ze schenkt koffie voor vader en verstelt tussen de bedrijven door het linnengoed met de Singer naaimachine. Het kindje kijkt onwennig naar deze rijzige dame in wit uniform.


Periode
  • Van 1939 tot 1940





<
>

Handnaaimachine

De komst van de naaimachine verlichtte het werk van gezinsverzorgsters enorm. Het stoppen van sokken en kousen bleef een hele klus, maar dankzij de handnaaimachines, waarvan het merk Singer buitengewoon populair was, konden intensieve naaiklussen en verstelwerk sneller uitgevoerd worden. Tijdens de opleiding kwam ...

... het werk met hand- of trapnaaimachine ook aan bod. Men moest stukjes in lakens, overalls of blousjes kunnen zetten, en geblokte of gebloemde stoffen op een goede manier kunnen verstellen.


Periode
  • Van 1880 tot 1940





<
>

Beantwoord deze vraag en ontdek welke themadossiers voor jou interessant zijn.

De voor jou geselecteerde dossiers verschijnen naast elkaar. Je kunt via het pijltje in de rode balk aan de zijkant van het dossier verder klikken.

Verberg Ontdek wat deze site jou te bieden heeft