Verplegen in de wijk

Wijkverpleging staat volop in de schijnwerpers. Begrippen als 'Rust, Reinheid en Regelmaat' zijn terug van weggeweest.

Bekijk dit dossier

De pop van zuster Stieltjes

Een wijkverpleegkundige met een pop, als ambassadeur van het vak.

Bekijk dit dossier

Verplegen in de wijk

Wijkverpleging staat volop in de schijnwerpers. Vergrijzing en bezuiniging maken dat de thuiszorg op een andere manier georganiseerd moet worden. Huishoudelijke hulp komt bij gemeenten te liggen, terwijl verpleging en verzorging een taak van de wijkverpleging blijven. De roep om de ‘ouderwetse wijkverpleegster’ weerklinkt. De vraag is dan natuurlijk wat voor iemand dat was. Lees hier alles over de geschiedenis en historie van de wijkverpleging.

1830 - 1900

Nieuwe inzichten

In de tweede helft van de 19e eeuw kreeg de medische wetenschap inzicht in het ontstaan van besmettelijke ziekten. Dit had ook invloed op de zorg aan huis. De - nog ongediplomeerde - kloosterzusters en diaconessen konden de vraag naar hulp aan huis niet meer aan.

Artsen wilden meer preventieve maatregelen op het gebied van hygiëne. De Wet op Besmettelijke Ziekten van 1872 bleek niet voldoende. Die richtte zich vooral op genezing van ziekten.

Preventie, dus het voorkomen van ziektes, stond nog in de kinderschoenen.

<
>

Preventie, een particulier initiatief

Toen bleek dat de Wet op Besmettelijke Ziekten niet voldoende was om besmettelijke ziektes te voorkomen, kwamen geneeskundige inspecteurs in Noord-Holland in actie. In 1875 richtten zij de Noord-Hollandsche Provinciale Vereeniging ‘Het Witte Kruis’ tot Afwering van Epidemische Ziekten en Hulpbetoon tijdens Epidemieën op. Deze koepelorganisatie kwam voort uit tien plaatselijke particuliere verenigingen, met Hilversum als voortrekker. Het Witte Kruis richtte zich op voorlichting over gezondheid en hygiëne, ontsmettingsactiviteiten en bestrijding van pokken. Er kwamen magazijnen met matrassen, lakens, dekens, urinalen en andere benodigdheden voor de thuisverpleging.

<
>

Tinnen urinaal of 'piskannetje'

De oudste modellen urinaal waren gemaakt van tin. Dit urinaal is een staand model. Niet alleen om hem rechtop te kunnen neerzetten maar omdat in die tijd voor het gebruik een knielende houding in bed de gewoonte was. De zieke moest daarbij echter wel ondersteund worden. Bij dit voorwerp hoort een bijzonder verhaal, ...

... uit de herinneringen van verpleegkundige An Poot: 'Ik was op visite bij een oude tante Anna wonend op een kleine boerderij met een ongetrouwde neef. Tante Anna had voordien altijd voor haar oude moeder gezorgd, die 89 jaar is geworden. Opoe heette ook Anna, ik ben dus naar haar vernoemd. Maar na haar dood, vond tante Anna dat ik naar haar vernoemd zou zijn. Ik had zogezegd een streepje voor. Ik was al in de verpleging, vermoedelijk pas 20 jaar. Zij ging er van uit dat ik veel kennis bezat! Op een dag was ik bij haar op visite en zag ik op een tafeltje dat kannetje staan. Ik vroeg haar: tante, hoe komt u aan dit bijzondere kannetje? Zij keek mij ongelovig aan en zei: jij bent toch zuster, weet jij niet wat dit voor een kannetje is? Nee, zei ik, ik dacht dat het een bijzonder tinnen vaasje was. Nou, zei ze, jullie zullen in het ziekenhuis er wel een andere naam aan geven, maar wij noemden dit altijd een : 'PISKANNETJE'. Later mag je van mij erven. Maar toen ik afscheid nam, zei ze: neem het nu maar mee! Dat is het verhaal dat erbij hoort.'


Periode
  • Van 1800 tot 1920





<
>

Lientje de Bussy-Kruysse (1858-1937)

Lientje de Bussy-Kruysse was een van Nederlands eerste gediplomeerde verpleegsters. Haar grote verdienste is geweest dat zij kennis over de wijkverpleging in Nederland heeft geïntroduceerd. Het Britse model was hierbij haar voorbeeld. 

<
>

Kruisverenigingen in alle kleuren

In navolging van Noord-Holland ontstond ook in andere provincies behoefte aan kruisverenigingen. Notabelen richtten in 1900 de eerste plaatselijke neutrale Groene Kruisvereniging op als liefdadigheidsorganisatie. Provinciale afdelingen en de overkoepelende Algemene Nederlandse Vereniging Het Groene Kruis (ANV) volgden. Het katholieke Wit-Gele Kruis zag in 1916 het licht. In 1946 besloot de Bond van Protestants-Christelijke Verenigingen – een samenwerking van protestantse wijkverenigingen – verder te gaan onder de naam Oranje-Groene Kruis. Veel bestaande verenigingen sloten zich aan bij de kruisverenigingen, anderen bleven zelfstandig. Zo ontstond een netwerk van kruisverenigingen over heel Nederland. Een belangrijke schakel in dit netwerk was de wijkverpleegster.

<
>

De pop van zuster Stieltjes

Een wijkverpleegkundige met een pop, als ambassadeur van het vak.

Bekijk dit dossier

1900 - 1950

De pop van zuster Stieltjes

De samenleving heeft zijn hoop gevestigd op de wijkverpleging. Wijkverpleegkundigen staan in het brandpunt van de belangstelling. Ze zijn creatief en innovatief. Ook Antje Stieltjes, wijkverpleegkundige uit de 19e eeuw, beschikte over die kwaliteiten. Ze stak haar innovatiedrang niet onder stoelen of banken. Daarmee is ze een ware ambassadeur van het vak. Lees in dit dossier hoe een pop de wijkverpleging veranderde.

De pop van zuster Stieltjes

Wijkverpleegster Antje Stieltjes verbaasde in 1898 vriend en vijand met een revolutionaire uitvinding. Ze ontwierp het ‘Werkmansverband’, een verband om fabrieksarbeiders die last hadden van eczeem slimmer te verbinden en ze zonder al te veel pijn te verschonen. Haar uitvinding paste ze toe op dit popje, ...

... dat ze instuurde naar de jury. Met haar uitvinding won ze op de Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid de hoofdprijs.


Periode
  • 1898





<
>

Nieuwe inzichten

In de tweede helft van de 19e eeuw kreeg de medische wetenschap inzicht in het ontstaan van besmettelijke ziekten. Dit had ook invloed op de zorg aan huis. De - nog ongediplomeerde - kloosterzusters en diaconessen konden de vraag naar hulp aan huis niet meer aan.

Artsen wilden meer preventieve maatregelen op het gebied van hygiëne. De Wet op Besmettelijke Ziekten van 1872 bleek niet voldoende. Die richtte zich vooral op genezing van ziekten.

Preventie, dus het voorkomen van ziektes, stond nog in de kinderschoenen.

<
>

Preventie, een particulier initiatief

Toen bleek dat de Wet op Besmettelijke Ziekten niet voldoende was om besmettelijke ziektes te voorkomen, kwamen geneeskundige inspecteurs in Noord-Holland in actie. In 1875 richtten zij de Noord-Hollandsche Provinciale Vereeniging ‘Het Witte Kruis’ tot Afwering van Epidemische Ziekten en Hulpbetoon tijdens Epidemieën op. Deze koepelorganisatie kwam voort uit tien plaatselijke particuliere verenigingen, met Hilversum als voortrekker. Het Witte Kruis richtte zich op voorlichting over gezondheid en hygiëne, ontsmettingsactiviteiten en bestrijding van pokken. Er kwamen magazijnen met matrassen, lakens, dekens, urinalen en andere benodigdheden voor de thuisverpleging.

<
>

Wijkverpleegster, de spil

Kruisverenigingen konden concurreren met ziekenhuizen door wijkverpleegsters zieken thuis te laten verplegen. De wijkverpleegster fungeerde als schakel tussen huisarts en patiënt. Als vertrouwensfiguur gaf ze voorlichting aan patiënt en gezinsleden en droeg ze het motto Rust, Reinheid en Regelmaat uit. Verder was ze een informatiebron voor huisartsen en besturen van kruisverenigingen. Zij lichtte hen in over de situatie binnen de wijk. Wijkverpleegster was een zelfstandige, veeleisende functie, waarbij empathie, creativiteit, flexibiliteit en mobiliteit noodzakelijk waren. In het kruisgebouw assisteerde ze de consultatiebureau-arts met kinderen onderzoeken en vaccineren. Van daaruit regelde ze de uitleen van hulpmiddelen en gaf ze voorlichting. Ze woonde ook, tussen haar cliënten, in de wijk.

<
>

Wie was wijkverpleegster Antje Stieltjes?

Antje Stieltjes leefde van 1866 tot 1931. Ze was een van de vroegste wijkverpleegsters in ons land. Haar werkterrein was de omgeving van Deventer. Uit haar aanpak van de dagelijkse problemen blijkt hoe allround, innovatief en mobiel wijkverpleegsters waren.

<
>

De Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid

In 1898 was Nederland in de ban van de inhuldiging van prinses Wilhelmina tot koningin. Voor de vrouwenbeweging was dit een uitgelezen moment om aandacht te vragen voor het werk dat de Nederlandse vrouwen allemaal deden. In Den Haag organiseerde men daarom de ‘Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid’. Een enorm evenement met talloze exposities, lezingen en symposia over het werk van vrouwen. Maandenlang was de stad het toneel van vrouwenwerk. Ook de verpleging, typisch vrouwenwerk, en dan vooral wijkverpleging, kwam aan bod. Er werd ook een prijsvraag uitgeschreven voor de meest creatieve uitvinding en vrouwen werden opgeroepen hun zelfgemaakte producten op te sturen naar de beoordelingscommissie. Ze deden dit massaal.

<
>

Op deze foto heeft Antje Stieltjes (rechts achter) met een collega een groep kinderen behandeld tegen luizen.

<
>

Antje Stieltjes, een innovatieve wijkverpleegkundige

De oproep om een eigengemaakt product in te sturen kwam ook Antje Stieltjes ter ore. Ze stuurde haar uitvinding in naar de commissie. Want wat had zuster Stieltjes bedacht? Ze had veel fabrieksarbeiders in haar praktijk, die last hadden van eczeem. Dat was een pijnlijke aandoening, die arbeiders lange tijd immobiel maakte. De traditionele behandeling bestond uit het aanbrengen van vette zalven en dikke verbanden. Dat moest soms over het hele lichaam aangebracht worden en was daarmee een vervelende behandeling. Bovendien kon de arbeider lange tijd niet werken, wat de werkgever nogal betreurde. Voor zuster Stieltjes had een alternatief voor deze tijdrovende behandeling. Ze bedacht het Werkmansverband.

<
>

Beantwoord deze vraag en ontdek welke themadossiers voor jou interessant zijn.

De voor jou geselecteerde dossiers verschijnen naast elkaar. Je kunt via het pijltje in de rode balk aan de zijkant van het dossier verder klikken.

Verberg Ontdek wat deze site jou te bieden heeft